Geen kruis­tocht tegen jacobs­kruis­kruid


Indiendatum: aug. 2007

Het jacobskruiskruid is een plant die van nature thuishoort in Nederland. Met zijn gele bloemen levert het een fraai kleurenbeeld in bermen en graslanden. Veel dieren gebruiken jacobskruiskruid als voedselbron, waaronder bedreigde vlindersoorten. Enkele soorten zijn zelfs geheel afhankelijk van deze plant en zullen uitsterven als de plant verdwijnt. Er is echter grote ongerustheid ontstaan over het jacobskruiskruid. Er klinkt zelfs een roep om een provinciale verordening.

Er is echter geen reden een kruistocht te starten tegen het kruid. Wel dient iedereen zich te realiseren wat de gevaren van de plant zijn en daarmee rekening te houden. Goede voorlichting is belangrijk en goed eigenaarschap. Elke eigenaar van paarden en vee zou het jacobskruiskruid moeten kunnen identificeren. Overbegrazing van weiden moet worden vermeden. Een dier in de wei zal het kruid in principe mijden. Voorwaarde is echter wel dat er genoeg te eten valt in de wei, anders bestaat er gevaar dat het kruid uit verveling of noodzaak toch wordt opgegeten. In een goed onderhouden wei met een dichte graszode heeft het kruid geen kans, daar ontkiemt het niet eens. Het komt alleen voor op verschraalde grond. Het jacobskruiskruid is in gedroogde vorm echt gevaarlijk omdat de dieren het dan niet herkennen. Bij het kopen van hooi dient men de verkoper om een garantie te vragen dat er geen jacobskruiskruid in zit.

Staat er jacobskruiskruid in de wei, dan is het aan te raden het kruid handmatig uit te steken en direct te verwijderen. Komt het in grote hoeveelheden voor, dan kan een gericht maaibeleid, waarbij men half juli én eind augustus maait, ervoor zorgen dat het jacobskruiskruid uit de wei verdwijnt. Overigens laat onderzoek zien dat in situaties waar geen beheersmaatregelen worden genomen, bodemorganismen ervoor zorgen dat de zaadproductie verminderd. Voorwaarde is echter wel dat het jacobskruiskruid eerst de kans krijgt zich uitbundig te ontwikkelen. De plant pest zichzelf dus weg! Ook als men de plant bestrijdt door te maaien, treedt deze bodemmoeheid tegen het jacobskruiskruid op, omdat het wortelstelsel van de plant dan intact blijft.

In plaats van een provinciale verordening valt te denken aan het sluiten van een convenant met grote terreinbeheerders als het gaat om de verwerking van gemaaid gras. De provincie heeft hierin een voorbeeldfunctie. Maaisel waarin jacobskruiskruid kan voorkomen wordt door de provincie al uitsluitend gecomposteerd en niet als hooi aangeboden.

Ook in de voorlichtingssfeer pakt zij haar taak op. Op 13 februari volgende jaar staat er een symposium op de agenda geheel gewijd aan het jacobskruiskruid. Er is een voorlichtingsfilm in de maak. De Partij voor de Dieren Noord-Brabant vindt echter dat de provincie niet tot volgend jaar moet wachten met het verstrekken van goede voorlichting. Zij vraagt Gedeputeerde Staten zo snel mogelijk ervoor te zorgen dat goede informatie verstrekt wordt aan relevante partijen. Ook vindt de Partij voor de Dieren Noord-Brabant het belangrijk dat er op het symposium gedragsregels worden afgesproken waar ieder zich aan heeft te houden. Zoals direct afvoeren en eventueel composteren van maaisel waarin jacobskruiskruid kan voorkomen. Of aanpassen van het maaibeleid in de buurt van risicovolle gebieden.

De volgende drie vragen zijn als art 3.2 vragen door de PvdD verstuurd naar gedeputeerde staten op 27.8.2007

1) Voorlichting op het terrein van het jacobskruiskruid is belangrijk. De provincie neemt haar verantwoordelijkheid en organiseert samen met het ZLTO een symposium. De Partij voor de Dieren zou echter graag willen dat er nu al actie ondernomen wordt op het terrein van voorlichting gezien de ophef over het Jacobskruiskruid en de misvattingen die de ronde doen over dit kruid. Informatie verstrekken zou bijvoorbeeld kunnen door het vervaardigen en verspreiden van een folder met informatie over het jacobskruiskruid of het toezenden van een brief met relevante informatie naar alle gemeenten met het verzoek deze informatie door te sturen naar boeren, manegehouders, paardenhouderijen e.d. Op deze manier wordt voorkomen dat het onbegrip onder burgers toeneemt. Deelt GS deze mening dat informatieverstrekking belangrijk is en dat daarmee niet gewacht moet worden tot 13 februari? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze wil men informatie verstrekken? Zo neen, waarom niet?

2) Deelt GS de mening dat het belangrijk is een Convenant voor de provincie Noord-Brabant op te stellen, waarin vermeld staat welke gedragsregels er in acht genomen moeten worden om het risico van vergiftiging van landbouwhuisdieren door Jacobskruiskruid te voorkomen. Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

3) Hoe denkt GS over aanpassing van het maaibeleid in de buurt van risico gebieden? Denk hier bijvoorbeeld aan een berm van een provinciale weg waar veel jacobskruiskruid staat die dichter dan 50 meter bij een naburige extensief beheerde weide waarop vee graast, ligt.

Indiendatum: aug. 2007
Antwoorddatum: 24 sep. 2007

Geachte dames en heren,

Bij brief van 27 augustus 2007, ingekomen 28 augustus 2007
mevrouw B. Verstappen mede namens de Partij voor de Dieren Noord-Brabant vragen gesteld als bedoeld in artikel 3.2 van het Reglement van Orde voor Provinciale Staten.

Deze vragen luiden als volgt:
Het Jacobskruiskruid is een plant die van nature thuishoort in Nederland. Met zijn gele bloemen levert het een fraai kleurenbeeld in bermen en graslanden. Veel dieren gebruiken Jacobskruiskruid als voedselbron, waaronder bedreigde vlindersoorten. Enkele soorten zijn zelfs geheel afhankelijk van deze plant en zullen uitsterven als de plant verdwijnt. Er is echter grote ongerustheid ontstaan over het Jacobskruiskruid. Er klinkt zelfs een roep om een provinciale verordening.
Er is echter geen reden een kruistocht te starten tegen het kruid. Wel dient iedereen zich te realiseren wat de gevaren van de plant zijn en daarmee rekening te houden. Goede voorlichting is belangrijk en goed eigenaarschap. Elke eigenaar van paarden en vee zou het Jacobskruiskruid moeten kunnen identificeren. Overbegrazing van weiden moet worden vermeden. Een dier in de wei zal het kruid in principe mijden. Voorwaarde is echter wel dat er genoeg te eten valt in de wei, anders bestaat er gevaar dat het kruid uit verveling of noodzaak tocht wordt opgegeten. In een goed onderhouden wei met een dichte graszode heeft het kruis geen kans, daar ontkiemt het niet eens. Het komt alleen voor op verschraalde grond. Het Jacobskruiskruid is in gedroogde vorm echt gevaarlijk omdat de dieren het dan niet herkennen. Bij het kopen van hooi dient men de verkoper om een garantie te vragen dat er geen Jacobskruiskruid in zit.
Staat er Jacobskruiskruid in de wei, dan is het aan te raden het kruid handmatig uit te steken en direct te verwijderen. Komt het in grote hoeveelheden voor, dan kan een gericht maaibeleid, waarbij men half juli én eind augustus maait, ervoor zorgen dat het Jacobskruiskruid uit de wei verdwijnt. Overigens laat onderzoek zien dat in situaties waar geen beheersmaatregelen worden genomen, bodemorganismen ervoor zorgen dat de zaadproductie vermindert. Voorwaarde is echter wel dat het Jacobskruiskruid eerst de kans krijgt zich uitbundig te ontwikkelen. De plant pest zichzelf dus weg! Ook als men de plant bestrijdt door te maaien, treedt deze bodemmoeheid tegen het Jacobskruiskruid op, omdat het wortelstelsel van de plant dan intact blijft.
In plaats van een provinciale verordening valt te denken aan het sluiten van een convenant met grote terreinbeheerders als het gaat om de verwerking van gemaaid gras. De provincie heeft hierin een voorbeeldfunctie. Maaisel waarin Jacobskruiskruid kan voorkomen wordt door de provincie al uitsluitend gecomposteerd en niet als hooi aangeboden. Ook in de voorlichtingssfeer pakt zij haar taak op. Op 13 februari volgend jaar staat er een symposium op de agenda geheel gewijd aan het Jacobskruiskruid. Er is een voorlichtingsfilm in de maak. De Partij voor de Dieren Noord-Brabant vindt echter dat de provincie niet tot volgend jaar moet wachten met het verstrekken van goede voorlichting. Ook vindt de Partij voor de Dieren Noord-Brabant het belangrijk dat er op het symposium gedragsregels worden afgesproken waar ieder zich aan heeft te houden. Zoals direct afvoeren en eventueel composteren van maaisel waarin Jacobskruiskruid kan voorkomen. Of aanpassen van het maaibeleid in de buurt van risicovolle gebieden.

Vandaar de volgende drie vragen:

1) Voorlichting op het terrein van het Jacobskruiskruid is belangrijk. De provincie neemt haar verantwoordelijkheid en organiseert samen met ZLTO een symposium. De Partij voor de Dieren zou echter graag willen dat er nu al actie ondernomen wordt op het terrein van voorlichting gezien de ophef over het Jacobskruiskruid en de misvattingen die de ronde doen over dit kruid. Informatie verstrekken zou bijvoorbeeld kunnen door het vervaardigen en verspreiden van een folder met informatie over het Jacobskruiskruid of het toezenden van een brief met relevante informatie naar alle gemeenten met het verzoek deze informatie door te sturen naar boeren, manegehouders, paardenhouderijen e.d. Op deze manier wordt voorkomen dat het onbegrip onder burgers toeneemt. Delen GS deze mening dat informatieverstrekking belangrijk is en dat daarmee niet gewacht moet worden tot 13 februari? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze wil men informatie verstrekken? Zo nee, waarom niet?

2) Delen GS de mening dat het belangrijk is een Convenant voor de provincie Noord-Brabant op te stellen, waarin vermeld staat welke gedragsregels er in acht genomen moeten worden om het risico van vergiftiging van landbouwhuisdieren door Jacobskruiskruid te voorkomen? Zo ja welke? Zo nee, waarom niet?

3) Hoe denken GS over aanpassing van het maaibeleid in de buurt van risicogebieden? Denk hier bijvoorbeeld aan een berm van een provinciale weg waar veel Jacobskruiskruid staat die dichter dan 50 meter bij een naburige extensief beheerde weide waarop vee graast, ligt.

Wij hebben deze vragen heden als volgt beantwoord.

1) Wij achten de problematiek rondom Jacobskruiskruid primair een verantwoordelijkheid van grondeigenaren en grondgebruikers onderling. Zij kunnen afspraken maken over het inscharen van vee in natuurterreinen of het gebruik van gemaaid gewas als hooi of kuilvoer. Hierbij zien wij vooralsnog geen directe bemoeienis van provinciewege. Wij verwijzen in dit kader naar onze beantwoording van eerdere vragen van de heer J. Luteijn (ChristenUnie/SGP) d.d. 20 september 2005 en 29 november 2005, alsmede naar de door ons op 8 mei 2007 vastgestelde nota van zienwijzen m.b.t. de ontwerp-akkerdistelverorde-ning 2007. Wij hebben daarom ook geen specifiek beleid opgesteld voor Jacobskruiskruid en ook geen communicatietraject. Op verzoek en in samenwerking met ZLTO organiseren wij op 13 februari 2008 een symposium over de problematiek rondom Jacobskruiskruid. Het symposium is vooral bedoeld om informatie en standpunten uit te wisselen. De leden van Provinciale Staten zullen voor het symposium worden uitgenodigd.

2) Nee. Daarbij ligt het initiatief voor het opstellen van een convenant met gedragsregels in eerste instantie niet bij de provincie.

3) In onze Nota Onderhoudsbeleid hebben wij reeds aangegeven wat de consequenties zijn van het bestrijden van Jacobskruiskruid in relatie tot het maaibeheer in provinciale wegbermen. Het huidige bermbeheer is effectief om verspreiding van de plant te voorkomen. De provincie heeft voor het maaien en afvoeren van berm- en slootmaaisel contracten afgesloten met aannemers (maaibestekken). Een aannemer is op grond hiervan verplicht het maaisel af te voeren naar een vergunde groencomposteerinrichting. De beheerders van de regiokantoren zien toe op de naleving van de contracten.

Interessant voor jou

Statenvragen Ganzenschade

Lees verder

Statenvragen productiecapaciteit Essent

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer