Schrif­te­lijke vragen jacht op katten


Indiendatum: okt. 2010

Den Bosch, 7 oktober 2010

Statenvragen van de Partij voor de Dieren Statenfractie Noord-Brabant aan het college van GS op grond van artikel 3.2 van het Reglement van Orde.

Geacht college,

In Brabant worden jaarlijks onder de aanwijzing Exoten en andere onbeschermde diersoorten duizenden katten geschoten. Tussen 1 april 2009 en 1 april 2010 zijn, volgens gegevens van de FBE, in Brabant 1649 katten gedood. U bent voornemens ook in het nieuwe faunabeheerplan een aanwijzing op te nemen voor exoten en onbeschermde diersoorten.
De gedode katten worden begraven, er wordt niet gecontroleerd of ze een identificatie chip bezitten en / of op een lijst staan vermiste dieren van organisaties als Amivedi. Er worden dus mogelijkerwijs al dan niet vermiste huiskatten geschoten.

Inmiddels beschikt de FBE over gedetailleerde informatie over de locatie en de aantallen van de gedode katten. Deze informatie is niet openbaar (de FBE valt niet onder de regels publieksrecht). Bij ons weten wordt deze informatie ook door u niet functioneel ingezet om tot een alternatief voor het jagen op katten te komen.

Eén van de hoofdoorzaken voor verwildering van katten is het niet laten neutraliseren van huis- of boerderijkatten. Vooral in het buitengebied leidt dit gemakkelijk tot verwilderde kattenpopulaties.

Wij willen u graag de volgende vragen stellen.

1. In de media wordt aangegeven, dat u niet weet hoeveel katten er geschoten worden. Is dit correct? Zo ja, waarom deelt de FBE deze gegevens niet met u? Zo nee, hoeveel katten worden er afgeschoten? Op welke locaties?
2. Bent u van mening dat jacht op katten de beste oplossing is om eventuele overlast of schade te bestrijden? Kunt u dit toelichten?
3. Heeft u in het verleden naar alternatieven gezocht voor jacht op katten en / of heeft u plannen in die richting? Zo nee, waarom niet?
4. Bent u voornemens om in overleg te treden met gemeenten en maatschappelijke instanties zoals de Dierenbescherming om te komen tot een alternatief voor de jacht op katten? Zo ja, hoe gaat u daar invulling aan geven? Zo nee, waarom niet?
5. Bent u voornemens de afschotgegevens (aantal en locatie) te delen met gemeenten en maatschappelijke organisaties, zodat zij (lokaal) naar oplossingen op maat kunnen zoeken?
6. Bent u voornemens in de aanwijzing een verplichting voor jagers op te nemen om gedode katten aan te bieden voor registratie? Zo nee, waarom niet?
7. Bent u met ons van mening dat er geen zicht is op het aantal door jagers gedode huiskatten? Zo nee, waarop is uw mening gebaseerd? Zo ja, acht u het wenselijk dat hier wel zicht op komt en welke maatregelen gaat u voorstellen om dit te bereiken?
8. Klopt het dat een woordvoerder van de provincie heeft gezegd dat jagers het verschil kunnen zien tussen een wilde of verwilderde kat en een huiskat . Waarop is deze uitspraak gebaseerd?
9. Hoeveel wilde katten (Felis Sylvestris) komen er in Noord-Brabant voor?
10. De wilde kat is een beschermde diersoort. Bent u met ons van mening dat er een groot risico bestaat met de huidige aanwijzing dat ook wilde katten gedood worden? Zo nee, waarom niet?
11. Klopt het dat de precieze verschillen tussen een wilde kat en de verwilderde/tamme huiskat pas zichtbaar is na afschot, aangezien de wilde kat soms slechts iets groter is dan de gemiddelde huiskat en een staart met ringen heeft, maar de precieze verschillen pas goed te zien zijn als het dier geschoten is?
12. Is het mogelijk sancties op te leggen aan jagers die een huiskat doden? Zo ja, welke? Acht u het opleggen van sancties wenselijk? Zo nee, waarom niet?
13. Acht u het wenselijk om, als uitvoerder van het faunabeleid, u ook in te zetten voor maatregelen die het ongehinderd reproduceren van katten tegengaan? Zo ja, hoe denkt u hier invulling aan te kunnen geven? Zo nee, waarom niet?


Met vriendelijke groet,
Dr. Birgit Verstappen
Partij voor de Dieren

Indiendatum: okt. 2010
Antwoorddatum: 10 nov. 2010

Onderwerp
Vragen inzake verwilderde katten


Antwoord van Gedeputeerde Staten dd. 2 november 2010

1. Nee. De FBE is wettelijk weliswaar niet verplicht deze gegevens te verstrekken, maar wij hebben wel inzage in de aantallen. Het aantal dat u vermeldt komt overeen met het aantal dat ons bekend is. De locaties zijn ons
niet bekend.

2. Het doden van onbeschermde, verwilderde katten is wat ons betreft de meest effectieve methode om de schade te bestrijden. Effectief omdat er door de aanwijzing (jachtaktehouders zijn door GS aangewezen om verwilderde katten te mogen doden) minder dieren, waaronder beschermde weidevogels, door de
katten worden gedood. Daarnaast is het kosteneffectief en uitvoerbaar.

3. Het vangen en vervolgens castreren is in het verleden wel toegepast. De ervaring leerde dat deze vallen vaak vernield werden, waardoor de methode niet effectief bleek. Bovendien is het een dure en arbeidsintensieve aangelegenheid. Wij hebben zelf geen plannen in die richting. Het Faunafonds is de instantie die de wettelijke taak heeft alternatieven te onderzoeken om schade te voorkomen. De provincie Limburg onderzoekt momenteel het vangen en castreren in Zuid-Limburg, omdat daar de wilde kat voorkomt. De wilde kat (Felis lvestris) is een beschermde inheemse diersoort. Dit in tegenstelling tot de verwilderde kat, die veelal achtergelaten of zoekgeraakt is.


4. Zie antwoord vraag 3. Wij hebben zelf geen plannen in die richting.

5. Volgens de aanwijzing is er geen meldingsplicht ten aanzien van het doden van verwilderde katten, derhalve hebben wij hier geen gegevens van. Zoals aangegeven zijn wij niet bekend met de locaties en hebben we wel inzage in de aantallen.


6. Nee. Verwilderde katten zijn onbeschermde dieren. Wij vinden het een administratieve en te dure aangelegenheid om een registratieplicht te organiseren.


7. Er is ons één melding bekend van een eigenaar wiens katten zouden zijn doodgeschoten. Die melding kwam binnen naar aanleiding van een persbericht begin oktober. Het is de verantwoordelijkheid voor de eigenaar dat zijn of haar kat niet verwildert en herkenbaar is als huiskat. Het is ook de verantwoordelijkheid van
de eigenaar om de katten te chippen zodat ze traceerbaar zijn en om hun kat te castreren/steriliseren wanneer jongen ongewenst zijn. Het is de verantwoordelijkheid van de jager om het onderscheid te maken of
een kat verwilderd is of niet. Wij zien hierbij geen rol weggelegd voor de provincie.

8. Ja. De woordvoerder heeft hierbij bedoeld dat jagers bekend zijn met hun jachtterrein, de mensen die er (in de buurt) wonen en de huisdieren die er voorkomen.


9. Het is ons niet bekend dat in deze provincie wilde katten voorkomen. Het Faunafonds en de faunabeheereenheid bevestigen dat in Noord-Brabant geen beschermde wilde katten voorkomen. Waarneming.nl geeft twee ‘onzekere waarnemingen’ weer van wilde katten die gezien zouden zijn in 2007 en één onzekere in 2004.


10. Nee, er zijn geen aanwijzingen dat de wilde kat in Noord-Brabant voorkomt.


11. Zie antwoord vraag 10. Het is niet eenvoudig het verschil op grote afstand te zien. In Noord-Brabant is dat niet van belang omdat er geen wilde katten voorkomen.


12. Ja dit is mogelijk. Het is echter aan de rechter om deze sancties op te leggen. Dit is in het verleden in Noord-Brabant ook gebeurd door middel van een boete van 1000 euro en het intrekken van de jachtakte.


13. Wij zien geen rol weggelegd voor de provincie. Eigenaren zijn zelf verantwoordelijk voor het castreren/steriliseren en chippen van hun katten.

Nummer: 2346609
Uitgegeven, 10 november 2010
De secretaris van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
drs. W.G.H.M. Rutten

Interessant voor jou

Vragen over openstelling Roovertse Dijk

Lees verder

Vragen Proefboringen schaliegas

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer