Tech­nische vragen over de gesub­si­di­eerde omscha­keling van varkens­hou­derij naar zalm­kwe­kerij in Uden


Indiendatum: 21 jun. 2024

In Uden opent binnenkort de eerste indoor zalmkwekerij van Nederland. De ondernemer hierachter was voorheen varkenshouder, maar heeft zich laten opkopen in het kader van de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (SRV). Met één miljoen euro aan Europese en Brabantse subsidie heeft de ondernemer nu ‘Zalmboerderij Maashorst’ opgezet. Organisatie ‘Good Fish’ stelt: “Bij het kweekproces zal dierwelzijn en circulariteit centraal staan, om zo op een natuur-inclusieve manier te kweken”. De ondernemer zelf geeft aan “in staat [te zijn] om jaarrond de beste dieromstandigheden te bieden”. Wij hebben hierover de volgende technische vragen.

1. Hoeveel subsidie was destijds gemoeid bij de opkoop van de varkenshouderij i.h.k.v. de SRV? Kwam dit volledig van de Rijksoverheid, of ook van de EU, de provincie en/of de gemeente?

2. Welke voorwaarden zijn aan de SRV-subsidie verbonden qua gebruik van de ‘stikstofrechten’ die vrijkwamen bij de beëindiging van het bedrijf; is de Wnb-vergunning ingenomen, en vernietigd, of mocht de ondernemer die zelf gebruiken of verhandelen?

3. Welke voorwaarden zijn aan de SRV-subsidie verbonden qua mogelijkheden om elders met een dierhouderij te ondernemen? Indien er zulke voorwaarden gelden: op welke wijze valt een viskwekerij hieronder?

4. Er wordt gesteld dat de zalmkwekerij 96 procent minder stikstof uitstoot dan de varkenshouderij deed. Waarop is dit percentage gebaseerd en hoe verhoudt een ‘zalmboerderij’ zich tot een varkenshouderij als het gaat om de emissiereductiesystemen; heeft het systeem van de zalmkwekerij een RAV-code? Graag een toelichting.

5. Wat is de herkomst van het voedsel waarmee de zalmen worden gevoerd, en komen daar medicijnen/antibiotica aan te pas?

6. Wat gebeurt er met het afval (mest, c.q. eutroof water) van deze viskwekerij?

7. Afgaande op de foto’s, waarop een kale ronde bak met daarin honderden vissen is te zien (zie de foto hieronder), zijn wij niet direct overtuigd van de claims over het ‘centraal stellen van dierwelzijn’ met ‘de beste dieromstandigheden’ en over een natuur-inclusieve manier van kweken. Daarom de volgende vraag: Welke voorwaarden aangaande dierenwelzijn en natuurinclusiviteit zijn er aan de subsidies vanuit de EU en de provincie verbonden?

8. Hoe worden ‘dierwelzijn’, ‘de beste dieromstandigheden’ en ‘natuurinclusiviteit’ in het kader van deze kwekerij gedefinieerd?

Zalmkwekerij. Bron: https://www.stimulus.nl/opzuid-2021-2027/avada_portfolio/zalmboerderij-maashorst/


Nikky Hamerslag,
Partij voor de Dieren Noord-Brabant

Indiendatum: 21 jun. 2024
Antwoorddatum: 18 sep. 2024

In Uden opent binnenkort de eerste indoor zalmkwekerij van Nederland. De ondernemer hierachter was voorheen varkenshouder, maar heeft zich laten opkopen in het kader van de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (SRV). Met één miljoen euro aan Europese en Brabantse subsidie heeft de ondernemer nu ‘Zalmboerderij Maashorst’ opgezet. Organisatie ‘Good Fish’ stelt: “Bij het kweekproces zal dierwelzijn en circulariteit centraal staan, om zo op een natuur-inclusieve manier te kweken”. De ondernemer zelf geeft aan “in staat [te zijn] om jaarrond de beste dieromstandigheden te bieden”. Wij hebben hierover de volgende technische vragen.

1. Hoeveel subsidie was destijds gemoeid bij de opkoop van de varkenshouderij i.h.k.v. de SRV? Kwam dit volledig van de Rijksoverheid, of ook van de EU, de provincie en/of de gemeente?

Antwoord:
Deze subsidie kwam volledig vanuit de rijksoverheid. Van de hoogte
van het subsidiebedrag zijn wij niet op de hoogte.


2. Welke voorwaarden zijn aan de SRV-subsidie verbonden qua gebruik van de ‘stikstofrechten’ die vrijkwamen bij de beëindiging van het bedrijf; is de Wnb-vergunning ingenomen, en vernietigd, of mocht de ondernemer die zelf gebruiken of verhandelen?

Antwoord:
In het kader van de SRV is niet in de regeling voorzien dat er 15% mag worden ingezet voor een nieuwe activiteit, zoals dat bij LBV en LBV+ wel het geval is. De regeling regelde alleen dat initiatiefnemer zijn varkensrechten voor 80% moest inleveren/ laten vervallen. Voor 80% is gekozen, omdat varkenshouders regelmatig varkensrechten leasen en dus niet al hun rechten kunnen inleveren. Dat is in dit geval ook gebeurd. In december 2021 is daarom 80% van zijn varkensrechten ingeperkt voor zijn milieuvergunning. Het bedrijf zou milieutechnisch nog 1053 varkens mogen houden. Het omgevingsplan laat dit niet meer toe omdat de aanduiding ‘intensieve veehouderij’ is geschrapt in een eerder bestemmingsplan. In de Aerieus-berekening wordt uitgegaan van deze 1053 varkens, afzettende tegen een zalmkwekerij en 60 zoogkoeien. Hierdoor komt uit de Aerieus-berekening een afname van 0.04 mol/ha/j.
Een andere voorwaarde is in het geval de varkenshouder voor de varkenshouderijlocatie beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming gedeputeerde staten deze vergunning heeft ingetrokken, of, in het geval de varkenshouder andere activiteiten op de veehouderijlocatie gaat verrichten, door een wijziging van de vergunning of anderszins naar het oordeel van de minister voldoende zeker is gesteld dat de andere activiteiten geen substantiële stikstofemissie opleveren.


3. Welke voorwaarden zijn aan de SRV-subsidie verbonden qua mogelijkheden om elders met een dierhouderij te ondernemen? Indien er zulke voorwaarden gelden: op welke wijze valt een viskwekerij hieronder?

Antwoord:
Met de ondernemer is een overeenkomst gesloten vanuit het RVO. Daarin is opgenomen dat zolang het bestemmingsplan (nu omgevingsplan) nog niet is aangepast de ondernemer zich moet onthouden van varkenshouderij-activiteiten op een andere productielocatie, behalve voor zover hij op die andere locatie of locaties ten tijde van de subsidieaanvraag al een varkenshouderij had.
Op de eigen locatie mag geen vorm van intensieve veehouderij meer plaatsvinden. Onder intensieve veehouderij wordt in het kader van deze regeling verstaan het bedrijfsmatig houden van varkens, pluimvee (kippen en kalkoenen), eenden, konijnen, vleeskalveren, vleesstieren, geiten en nertsen. Het bestemmingsplan is hier ook op aangepast in 2021. De aanduiding ‘intensieve veehouderij’ is geschrapt.
Voor de subsidieregeling zie onderstaande link
https://wetten.overheid.nl/BWBR0042634/2021-03-24


4. Er wordt gesteld dat de zalmkwekerij 96 procent minder stikstof uitstoot dan de varkenshouderij deed. Waarop is dit percentage gebaseerd en hoe verhoudt een ‘zalmboerderij’ zich tot een varkenshouderij als het gaat om de emissiereductiesystemen; heeft het systeem van de zalmkwekerij een RAV-code? Graag een toelichting.

Antwoord:
Het is niet precies duidelijk waar dit percentage op is gebaseerd anders dan een vermoedelijk verschil tussen de voormalige varkenshouderij en de huidige activiteiten voor zover daar stikstof(ammoniak)emissies van bekend zijn. Er zijn voor vissen in het algemeen en zalmen in het bijzonder geen ammoniak- emissiefactoren vastgesteld zoals voor varkens waarmee de ammoniak(stikstof)emissie kan worden bepaald. Hiervoor is dan ook geen Rav-code (of de vervanger hiervan, de Omgevingsregeling) of iets vergelijkbaars vastgesteld.


5. Wat is de herkomst van het voedsel waarmee de zalmen worden gevoerd, en komen daar medicijnen/antibiotica aan te pas?

Antwoord:
Wij beschikken niet over deze informatie. De Provincie Noord Brabant is geen bevoegd gezag. De NVWA ziet toe op diergezondheid.


6. Wat gebeurt er met het afval (mest, c.q. eutroof water) van deze viskwekerij?

Antwoord:
Die informatie is niet bij de Provincie Noord Brabant bekend.


7. Afgaande op de foto’s, waarop een kale ronde bak met daarin honderden vissen is te zien (zie de foto hieronder), zijn wij niet direct overtuigd van de claims over het ‘centraal stellen van dierwelzijn’ met ‘de beste dieromstandigheden’ en over een natuur-inclusieve manier van kweken. Daarom de volgende vraag: Welke voorwaarden aangaande dierenwelzijn en natuurinclusiviteit zijn er aan de subsidies vanuit de EU en de provincie verbonden?

Zalmkwekerij. Bron: https://www.stimulus.nl/opzuid-2021-2027/avada_portfolio/zalmboerderij-maashorst/

Antwoord:
In de subsidieverordeningen van de Provincie Noord Brabant staan de onderwerpen ‘dierenwelzijn’ en ‘natuurinclusiviteit’ niet specifiek vermeld. Op de vraag welke voorwaarden er op deze onderwerpen vanuit Europese subsidies zijn, hebben we nog geen antwoord ontvangen. We hopen deze vraag zo snel mogelijk te beantwoorden.

Nagekomen antwoord:
De regionale innovatiestrategie vormt de basis van het OPZuid programma https://www.stimulus.nl/wp-content/uploads/2020/04/RIS3-Zuid-Nederland-2021-2027-21-april-2020.pdf. De adviescommissie beoordeeld of projecten passen in de transities zoals vermeld in de RIS3. Op pag. 44 tref je bijvoorbeeld aan dat projecten gericht op de transitie naar een voedselsysteem dat meer rekening houdt met dierenwelzijn passen binnen de landbouw en voedingstransitie. Op pagina 5 staat vermeld dat het innovatiebeleid in Zuid-Nederland gericht is op benutting van de technologische kracht in een verstandige aanpak, op de schaal van mens, dier en natuur.


8. Hoe worden ‘dierwelzijn’, ‘de beste dieromstandigheden’ en ‘natuurinclusiviteit’ in het kader van deze kwekerij gedefinieerd?

Antwoord:
De provincie Noord Brabant heeft geen beleid voor aquacultuur. Een gevraagde definitie/uitwerking van ‘dierwelzijn’, ‘de beste dieromstandigheden’ en ‘natuurinclusiviteit’ in relatie tot deze zalmkwekerij is bij PNB niet aanwezig.

Wij zijn tegen:

Interessant voor jou

Technische vraag n.a.v. de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant

Lees verder

Technische vragen over financiële compensatie Natuurnetwerk Brabant

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer