Beleidsactualisatie BrUG (Brabant Uitnodigend Groen)
Voorzitter,
Ons wordt vandaag gevraagd in te stemmen met belangrijke wijzigingen in het beleid. Sommige daarvan lijken nuttig en nodig. Het onderhavige stuk geeft een aanzet tot verbetering, maar de vraag is of dit genoeg is of dat het beter kan. Om werkelijk te kunnen bepalen of het nieuwe beleid beter is dan het voorgaande moet er een vergelijking mogelijk zijn. Kunt u aangeven wat het tot op heden behaalde resultaat is volgens de gewijzigde KPI’s (kwalitatieve prestatie-indicatoren)? Wat er tot nu toe is gerealiseerd is ook vooral de makkelijke projecten, het laaghangend fruit, dus feitelijk ontstaat er een geflatteerd beeld. Ook de apparaatskosten van 1 miljoen per jaar moeten daarin worden meegewogen.
BrUG stoelt op 4 pijlers en allemaal staan ze ter discussie.
Een robuust natuurnetwerk
De benodigde grondverwerving is een probleem. Brabant is te vol en er zijn teveel belangen die conflicteren met natuurbelang, ruilgrond is dringend noodzakelijk. Daarom wordt nu de aankoop van grond buiten de begrenzing van het NNB als ruilgrond mogelijk. Onder voorwaarden kan het GOB zelf deze aankopen doen. Op zich een goed idee, maar we willen graag toelichting bij de door GOB gehanteerde waarde. Bij de nieuwe KPI’s staat dat grond wordt gekapitaliseerd voor gemiddeld 70.000E per ha. Dat lijkt ons aan de hoge kant, ook voor agrarische grond, grasland doet ongeveer 57.000 per ha. Dat de grootste afwaardering gebeurt op het moment van omzetting naar natuur is duidelijk.
Wij zien ook een serieus risico voor prijsopdrijving door de aankoop van grond, al dan niet als ruilgrond. Hoe gaat PNB daarmee om? Wacht u tot bedrijven vrijwillig op de markt komen, bijvoorbeeld bij bedrijfsbeëindiging zonder opvolger?
Het is prima om enclaves uit te kopen omdat deze soms een ernstige beperking van de realisatie van natuurdoelen betekenen. Maar bedrijven op een enclave hebben vaak sowieso een beperkte mogelijkheid tot voortbestaan en al helemaal niet tot groei. De vrije marktwaarde zal dus beperkt zijn. Wanneer volledige bedrijven worden uitgekocht, neemt u dan ook dierrechten en emissie rechten in, of kan een ander bedrijf in de omgeving later weer vrolijk verder met deze rechten? We willen ook graag weten of maatregelen als vernatten na de uitkoop van enclaves kan leiden tot meer ontwikkelingsruimte voor andere bedrijven.
De aankoop van volledige bedrijven inclusief gebouwen is een andere maatregel om aan de gewenste grond te komen. We willen graag horen welke middelen u daadwerkelijk gaat inzetten om er voor te zorgen dat na de verkoop van de gebouwen er geen nieuwe activiteiten gaan plaatsvinden die de natuur nadelig kunnen beïnvloeden. Wat ons betreft gaat het dan niet alleen om agrarische bedrijfsvoering, maar om vrijwel alle soorten economische activiteiten.
Ook willen we graag weten hoe GS omgaat met eventueel aanwezig asbest. Zeker bij bedrijven zonder opvolger kan asbest een extra prikkel zijn voor de oude eigenaar om in elk geval vóór 2024 te willen verkopen. Wij zijn van mening dat het omzetten van een bedrijfswoning in gewone woonbestemming voldoende waardevermeerdering oplevert om daaraan een sloopverplichting voor de andere opstallen eventueel inclusief asbestsanering op te leggen. Wij horen graag hoe GS daar over denkt.
Maakt u een afweging wat de meeste winst voor de natuur oplevert: het uitkopen van enclaves en volledige bedrijven ten opzichte van de aankoop van meer ruilgrond of direct voor natuur inzetbare hectares?
Wanneer de provincie grond in bezit heeft die moet worden omgezet in natuur, maar er nog geen inrichting is voorzien, wordt die grond verpacht. (Let wel, het gaat hier dus niet over ruilgrond die agrarisch moet blijven.) Is het niet beter om de grond braak te laten liggen in afwachting van de definitieve inrichting? Daarmee bereik je dat er ruige plekken ontstaan, meer ruimte voor gewone soorten planten, insecten en kleine dieren. Meer rustgebiedjes en herstel van de bodem. Doe niet schamper over bramen en brandnetels, want veel vlinders zijn het grootste deel van hun leven een rups op een brandnetel.
Behoud en herstel van biodiversiteit
Het doel is grootschalige natuur met meer biodiversiteit en ruimte voor dieren, ook voor predatoren. Er zijn echter conflicterende belangen. Nu wordt een enorm aantal vossen afgeschoten en roofvogels zijn hun leven niet zeker. Is er dan ruimte voor wolven? Of zwijnen?
Het zou goed zijn om preventieve maatregelen zoals wildgreppels en –wallen te incorporeren in het hele beleid. Als er een echte win-win mogelijk is, voor het landschap, voor biodiversiteit en voor de preventie van wildschade dan zou de PNB daarin moeten meewerken.
Biodiversiteit is een veelomvattend begrip dat vaak wordt gebruikt in de beperkte zin van totaal aantal soorten in een gebied, dus ook soorten die de basis vormen in de voedselketen. De dramatische afname van het aantal insecten, zelfs in goed beheerde natuurgebieden, moet voor ons een wake up call zijn. Ik raad u graag aan de gastopinie in BD van Siepel en Post nog eens te lezen, dat scheelt mij hier een hoop tijd.
Essentieel is wat u zelf ook al constateerde dat de natuurdoelen niet behaald gaan worden zonder de realisatie van het PMWP, de transitie van de veehouderij, het beperken van de invloed van mobiliteit en straks van het zorgvuldig omgaan met de omgevingsvisie. En zolang wij accepteren dat individuele burgers en bedrijven ernstige schade toebrengen aan gemeenschappelijke assets, zoals schone lucht, gezonde omgeving, rust, stilte en een gezonde natuur, blijft het dweilen met de kraan open. Wij zien graag duidelijke criteria voor natuur-inclusieve landbouw, en middelen voor controle en eventueel bijsturen wanneer nodig.
Natuur en samenleving
Het blijft een lastig onderwerp. Manifestpartners dragen minder bij dan gehoopt en Bedrijven hebben weinig belangstelling voor iets anders dan het vergroenen van hun eigen directe omgeving. Verwacht u dat manifestpartners daadwerkelijk gaan bijdragen in ha en middelen? Of kunnen we beter afscheid nemen van dit onderdeel van de ondernemende natuur en er verder ook geen kosten meer voor maken?
Ecologische verbindingszones (EVZ’s)
De provincie is nu verantwoordelijk voor beleid ten aanzien van Rode Lijst-soorten en dit kan invloed hebben op de omvang en ligging van EVZ’s. Houdt dat in dat de huidige opgave van 710km of 1775ha misschien niet voldoende is? Wat gaat u doen als bij het verhoogde subsidiepercentage van 75% het beschikbare bedrag niet voldoende blijkt, of als gemeentes ondanks de verhoogde subsidie toch te weinig km EVZ weten te realiseren? Er is voor de voortzetting en intensivering van het
beleid €35 miljoen benodigd oftewel €7 miljoen per jaar met ingang van 2018. Waar zijn deze cijfers op gebaseerd, verwacht u dat dit voldoende is en wat gebeurt er als blijkt dat we tekort komen? Voor de onder andere de Rode Lijstsoorten geldt voor u een inspanningsverplichting, zijn er consequenties voor u wanneer de verplichtingen niet kunnen worden nagekomen?
ILG gelden die zijn overgebleven worden nu ingezet. De realisatie van complexe projecten kende een uitloop tot in 2017. Zijn alle projecten nu klaar of ligt er nog een restant opgave?
Interessant voor jou
Begrotingswijziging Uitvoeringstaken vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) Wet natuurbescherming
Lees verderBegrotingswijziging Naar een klimaatbestendig Brabant
Lees verder