Rapport Zuide­lijke Reken­kamer ‘Drink­water in gedrang’

Felicitaties aan de Zuidelijke Rekenkamer voor dit uitstekend rapport, ‘Drinkwater in gedrang’.

De sense of urgency is er, dat mag duidelijk zijn. Naast de aanbevelingen de oproep om duidelijk en transparant te zijn is het ook van belang om eerlijk te zijn over de keuzes, keuzes die wij nu al maken.

De Partij voor de Dieren ziet parallellen met het stikstofdebat van zojuist. Wij hopen niet over een aantal jaar in een zelfde debat met elkaar te belanden over drinkwater.

Gaan wij in de strijd om het drinkwater de natuur voldoende beschermen? Gaan wij ook hier in het achterhoofd houden dat niet alles kan? Als je aan de ene kant bespaart en aan de andere kant de vraag stijgt, vanuit een groeiende bevolking, moet je dus nog meer besparen.

En over besparen gesproken: durven we daarin harde keuzes te maken of laten we het hier ook uitmonden op juridische procedures, juridische procedures die al gevoerd worden overigens.

Gaan wij het volledige verhaal vertellen? Ik zal u vertellen wat het volledige verhaal is. Het volledige verhaal is dat om 1 liter koemelk te produceren je 1.000 liter water nodig hebt. Het volledige verhaal is dat een kilo vlees 15.000 liter water kost.

Een liter bier kost vandaag de dag nog maar 7 liter. Nu wil ik hier niet de oproep doen om massaal aan het bier te gaan. Al komt dat met de aankomende periode wellicht vanzelf wel goed. Het beste is natuurlijk drinkwater uit de kraan.

De gemiddelde Nederlander gebruikt om te douchen, wc doorspoelen en wasmachinegebruik 128 liter per dag. Dat is veel, en het is goed om daar op te besparen, maar de echte besparing zit hem in het gebruik van je mes en je vork. 

Dat is het volledige verhaal, wat de Partij voor de Dieren betreft. Ook met betrekking tot deze problematiek is het houden van minder landbouwdieren een belangrijke oplossing.

En voorts ben ik van mening dat er een einde moet komen aan de bio-industrie.