Vragen over het plan voor beheer van wolven in de provincie Noord-Brabant


Indiendatum: nov. 2018


Geacht college,

De wolf is in opkomst in Nederland en Noord-Brabant is voornemens om de wolf te bestrijden wanneer er sprake is van een acuut veiligheidsprobleem. Hierover hebben wij de volgende vragen.

1. De wolf is een aanwinst voor de biodiversiteit die thuishoort in Noord-Brabant, en een toppredator die voor een flink deel de geclaimde overlast van reeën en wilde zwijnen kan oplossen. Waarom denkt u zelfs maar aan het doden van deze dieren?

2. Hoe duidelijk zijn de criteria om te kiezen voor het doden van wolven? Wat wordt verstaan onder een ‘acuut veiligheidsprobleem’?

3. Waarom wordt er niet gekozen voor bescherming van schapen en ander vee, zoals de dieren laten overnachten in de stal, afschermen met schrikdraad en het werken met beschermende honden zoals Anatolische herders, net zoals dat gebeurt in landen waar schapen zowel als wolven veel voorkomen?

Het doden van wolven kan met een dodelijke injectie of met het geweer plaatsvinden, zo staat in het bericht in het Brabants Dagblad van 31 oktober 2018. U bent, vertegenwoordigd door de FBE, niet bevoegd om dieren uit hun lijden te (doen) verlossen met een lethale injectie. Een lethale injectie is op grond van de Wet Natuurbescherming geen toegestaan middel in het kader van beheer en schadebestrijding. Het gebruik van een lethale injectie is voorbehouden aan een dierenarts.

4. Waarom wordt er gekozen voor de dodelijke injectie?

5. Hoe zal dit doden met dodelijke injectie plaats gaan vinden?

6. Waarom wordt er gekozen voor doden met injectie, terwijl de wolf dan evengoed met injectie kan worden verdoofd en worden verplaatst naar een ander gebied?

In het wolvenplan voor Vlaanderen wordt de wolf beschouwd als aanwinst voor de biodiversiteit en wordt niet gerept over doden. In het Vlaamse wolvenplan staat letterlijk: ‘’We moeten als samenleving opnieuw leren leven met de aanwezigheid van wolven.’’

7. Waarin verschilt de situatie van Vlaanderen zo essentieel van Nederland dat wij tot een andere keuze zouden moeten komen?

8. Is het niet meer opportuun (en minder bewerkelijk voor de uitvoerders van beheer en schadebestrijding) om ons wolvenbeleid te stroomlijnen met het Vlaamse wolvenplan?

Met vriendelijke groet,

Paranka Surminski,
Partij voor de Dieren

Indiendatum: nov. 2018
Antwoorddatum: 11 dec. 2018

Wij beantwoorden deze vragen als volgt.


1. De wolf is een aanwinst voor de biodiversiteit die thuishoort in Noord-Brabant, en een toppredator die voor een flink deel de geclaimde overlast van reeën en wilde zwijnen kan oplossen. Waarom denkt u zelfs maar aan het doden van deze dieren?

Antwoord:
Het door u aangehaalde krantenartikel is gebaseerd op het concept interprovinciaal wolvenplan, zoals dat via de Memo gedeputeerde Van den Hout betreffende de ontwikkeling interprovinciaal wolvenplan op 8 november jl. aan de Staten is toegezonden. Dit wolvenplan geeft een doorkijk in allerlei scenario’s. Hierbij wordt nadrukkelijk gesteld dat de wolf in Nederland is aangewezen als een beschermde inheemse diersoort. Op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb) is het opzettelijk doden, vangen of verstoren van wolven verboden.
Wij kunnen op grond van de Wet natuurbescherming, artikel 3.8 lid 5 b3 echter beslissen om het vangen of doden van een wolf toe te staan wanneer de volksgezondheid of de openbare veiligheid in het geding is.
Voor er dergelijke maatregelen genomen kunnen worden dienen andere bevredigend oplossingen te worden afgewogen. Indien die niet voorhanden zijn, dan is ingrijpen mogelijk. Dat kan bijvoorbeeld door een wolf te vangen. Als de situatie zodanig acuut is dat is dat wij geen afweging kunnen maken, kan de politie op basis van een besluit van de burgemeester (gemeentewet art 175 en 176) optreden. Doden kan met een dodelijke injectie of met het geweer plaatsvinden.


2. Hoe duidelijk zijn de criteria om te kiezen voor het doden van wolven? Wat wordt verstaan onder een ‘acuut veiligheidsprobleem’?

Antwoord:
Het concept wolvenplan beschrijft drie potentiële conflictsituaties, te weten wolf-mens, wolf-hond en wolf-vee. In de tabellen 1a., 1b. en 1c. zijn deze conflictsituaties uitgewerkt. Het doden van een wolf wordt hierin als laatste redmiddel genoemd. De opgenomen criteria zijn niet absoluut maar beschrijvend van aard. Duidelijk is wel dat de veiligheid van mensen in alle gevallen voorop straat. Van een acuut veiligheidsprobleem is sprake als een wolf zonder aanleiding zeer agressief op mensen reageert, bijvoorbeeld door hondsdolheid.


3. Waarom wordt er niet gekozen voor bescherming van schapen en ander vee, zoals de dieren laten overnachten in de stal, afschermen met schrikdraad en het werken met beschermende honden zoals Anatolische herders, net zoals dat gebeurt in landen waar schapen zowel als wolven veel voorkomen?

Antwoord:
Het concept wolvenplan stelt nadrukkelijk dat vee goed beschermd kan worden door het nemen van preventieve maatregelen. Als het gaat om de conflictsituatie wolf-vee is preventie vooralsnog de enige maatregel.


4. Waarom wordt er gekozen voor de dodelijke injectie?

Antwoord:
Het concept wolvenplan noemt slecht de mogelijkheid dat “de politie op basis van een besluit van de burgemeester (gemeentewet art 175 en 176) kan optreden als sprake is van een acuut gevaar. Doden kan met een dodelijke injectie of met het geweer plaatsvinden”. Van een dodelijke injectie zal pas gebruik gemaakt kunnen worden als er sprake is van een gewonde wolf en de situatie door deskundigen, inclusief een geautoriseerde dierenarts, is beoordeeld.


5. Hoe zal dit doden met dodelijke injectie plaats gaan vinden?

Antwoord:
Zie antwoord op vraag 4.


6. Waarom wordt er gekozen voor doden met injectie, terwijl de wolf dan evengoed met injectie kan worden verdoofd en worden verplaatst naar een ander gebied?

Antwoord:
Het verdoven (vangen) en verplaatsen van een wolf heeft altijd de voorkeur boven het doden van het dier. Doden, door geweer of injectie, is pas aan de orde als er geen andere oplossingen mogelijk zijn.


7. Waarin verschilt de situatie van Vlaanderen zo essentieel van Nederland dat wij tot een andere keuze zouden moeten komen?

Antwoord:
Er is geen sprake van een fundamenteel andere keuze. De terugkeer van de wolf draagt bij aan de door ons gewenste biodiversiteit. Het wolvenplan Vlaanderen is, in tegenstelling tot het voorliggende concept interprovinciaal wolvenplan, meer gericht op communicatie. Operationele aspecten, zoals de aanpak van ‘probleemwolven’ moeten in het wolvenplan Vlaanderen nog worden uitgewerkt (actie 27).


8. Is het niet meer opportuun (en minder bewerkelijk voor de uitvoerders van beheer en schadebestrijding) om ons wolvenbeleid te stroomlijnen met het Vlaamse wolvenplan?

Antwoord:
Zoals in het concept interprovinciaal wolvenplan is aangegeven, is bij de totstandkoming van dit wolvenplan al rekening gehouden met internationale ervaringen en zullen de provincies de samenwerking blijven zoeken met buitenlandse overheden en instellingen die al langer kennis en ervaring hebben opgedaan.


Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

de voorzitter, de secretaris,
prof. dr. W.B.H.J. van de Donk drs. M.J.A. van Bijnen MBA

Interessant voor jou

Vragen over de beoogde afzet van meststof in Azië door MACE

Lees verder

Vragen over het varend ontgassen van benzeen

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer