Vragen over perma­nente bewoning op recre­a­tiepark Park Patersven


Indiendatum: mrt. 2014

Schriftelijke vragen over permanente bewoning op recreatiepark Park Patersven.


Geacht college,

Op 20 maart 2014 hebben onze fracties kennis genomen van een artikel in BN de stem. In dit artikel is er sprake van dat u als Gedeputeerde Staten aangeeft dat u permanente bewoning van recreatiewoningen aan het Park Patersven te Wernhout mogelijk wilt maken. Volgens het bericht hebben Gedeputeerde Staten aangegeven in te stemmen met een verzoek tot aanwijzing van integratie Stad-Platteland voor Park Patersven en Provinciale Staten een voorstel te doen.
Onze fracties zijn verrast door deze boodschap, mede omdat u eerder over het park een ander standpunt heeft ingenomen en deze bestemmingswijziging niet als optie voorlag in de onlangs door Provinciale Staten vastgestelde Verordening ruimte 2014.

Onze fracties zijn bezorgd over de ontwikkeling en leggen u daarom de volgende vragen voor:

1. Kent u het artikel ’Opening voor permanente bewoning op Parc Patersven in Wernhout’?

2. Heeft GS een nieuw standpunt over het gebruik van Parc Patersven voor permanente bewoning ingenomen of is zij voornemens dat te doen? Zo ja, welk?

3. Waarom heeft u Provinciale Staten niet geïnformeerd over het nieuwe standpunt voordat het in de pers terecht is gekomen? Vindt u dat getuigen van zorgvuldig bestuur?

4. Bent u van mening dat elk verzoek van een gemeente met betrekking tot permanente bewoning van een vakantiewoning moet leiden tot een voorstel aan Provinciale Staten? Zo nee, waarom niet?

5. Welke belanghebbenden en deskundigen heeft GS gehoord voordat zij een toezegging heeft gedaan aan de gemeente Zundert? Kunnen onze fracties van deze verslagen of informatie een afschrift krijgen? Zo nee, waarom niet?

6. Deelt u onze mening dat wetsovertreders met uw voorstel beloond worden voor hun illegaal gebruik van de recreatiewoning en als bonus een flinke waardevermeerdering van het pand krijgen? Zo nee, waarom niet?

7. Kunt u gemotiveerd aangeven wat u de afgelopen tijd, al dan niet in samenwerking met de gemeente Zundert, heeft gedaan om permanente bewoning van recreatiewoningen te staken en gestaakt te houden?

8. Op welke wijze wordt de ecologische draagkracht van het gebied meegewogen in uw voorstel, wanneer er planologisch een compleet nieuwe woonwijk ontstaat in het buitengebied? Kunt u daartoe rapporten overleggen aan onze fracties waaruit blijkt dat gerekend vanaf de huidige planologische situatie er geen aantasting en verstoring van de ecologische waarden plaatsvindt? Zo nee waarom niet?

9. Recreatiewoningen zijn geen reguliere woningen en voldoen vaak bouwtechnisch (volgens het Bouwbesluit, bijvoorbeeld ventilatie) niet aan de daartoe te stellen eisen. Hoe rijmt u dat met de wens om gezondheid een grotere rol in uw ruimtelijke ordeningsbeleid te laten spelen? Heeft u zich in navolging van het voorgaande op de hoogte gesteld of deze woningen aan het Bouwbesluit voldoen zodat uw besluit niet ledig wordt nu het voldoen aan het Bouwbesluit een wettelijke verplichting is? Zo nee, waarom niet?

10. Het afschrijven van recreatieparken heeft op langere termijn grote gevolgen voor de toeristisch recreatieve voorzieningenstructuur in Noord-Brabant. Kunt u aangeven hoe u dit rijmt met uw ambities in de vrijetijdseconomie?

11. Zoekt u met uw voorstel de weg van de minste weerstand en geeft u daarmee de gemeente Zundert een financieel snoepje, omdat de gemeente minder budget voor handhavers heeft en tegelijkertijd door permanente bewoning van het park meer belastinginkomsten binnen krijgt? Zo nee, waarom niet?

Veel recreatieparken die financieel niet rond kunnen komen voelen de verleiding om permanente bewoning toe te laten waardoor situaties zoals die op Fort Oranje kunnen ontstaan.

12. In hoeverre is er sprake van een precedentwerking voor andere parken, waaronder Fort Oranje dat al in een juridische clinch ligt met de gemeente Zundert en waarvan de gemeenteraad al heeft aangegeven dat permanente bewoning niet wenselijk is?

13. Deelt u de mening van onze fracties dat u parken als Fort Oranje met bovenstaand voorstel een steun in de rug kunt geven? Zo nee, waarom niet?

14. Bent u in navolging van het voorgaande van mening dat de wet voor iedereen moet gelden en dat er geen onderscheid tussen recreatieparken onderling moet worden gemaakt ten aanzien van permanente bewoning, wat impliceert dat u onze huidige Verordening ruimte gewoon moet handhaven?

15. Bent u bereid om de bezwaren tegen permanente bewoning van vakantieparken kenbaar te maken aan de gemeente Zundert? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Graag vernemen wij uw antwoord.


Met vriendelijke groet,

Ing. M.J. Kap
Onafhankelijke Statenfractie Noord-Brabant

ir. M.C. van der Wel
Partij voor de Dieren

Indiendatum: mrt. 2014
Antwoorddatum: 15 apr. 2014

Wij beantwoorden deze vragen als volgt.


1. Kent u het artikel ’Opening voor permanente bewoning op Parc Patersven in Wernhout’?

Antwoord: Ja.


2. Heeft GS een nieuw standpunt over het gebruik van Parc Patersven voor permanente bewoning ingenomen of is zij voornemens dat te doen? Zo ja, welk?

Antwoord: Nee. Zowel door het rijk als het toenmalig college van GS is aan de problematiek op Patersven eerder een pilot-status toegekend om te onderzoeken of permanent wonen mogelijk was.


3. Waarom heeft u Provinciale Staten niet geïnformeerd over het nieuwe standpunt voordat het in de pers terecht is gekomen? Vindt u dat getuigen van zorgvuldig bestuur?

Antwoord: Wij hebben geconstateerd dat de gewenste permanente bewoning in strijd is met de Verordening ruimte. Bij een aanduiding ‘integratie stad-land’ is de problematiek van permanente bewoning niet relevant. De gemeente Zundert heeft daarom verzocht om een kaartaanpassing van de Verordening ruimte. Het verzoek van de gemeente Zundert zal aan de orde komen bij Provinciale Staten in het kader van de jaarlijkse kaartaanpassing van de Verordening ruimte voor 2014. Wij doen daarvoor een voorstel aan Provinciale Staten. Dit staat gepland voor 6 juni 2014 in de commissie Ecologie en Ruimte. In dit voorstel zal ingegaan worden op het verzoek om kaartaanpassing. Dit is de gebruikelijke procedure voor de behandeling van de jaarlijkse verzoeken om kaartaanpassing en getuigt van zorgvuldig bestuur.


4. Bent u van mening dat elk verzoek van een gemeente met betrekking tot permanente bewoning van een vakantiewoning moet leiden tot een voorstel aan Provinciale Staten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. Per verzoek wordt bekeken of de gevraagde wijziging valt onder een wijzigingsbevoegdheid van GS of aan PS moet worden voorgelegd. Het betreft hier een verzoek tot kaartaanpassing van de Verordening ruimte welke valt onder de bevoegdheid van Provinciale Staten. Met Provinciale Staten is afgesproken dat dit jaarlijks één keer gebeurt. Gemeente Zundert heeft vóór 1 januari 2014 hiervoor het verzoek ingediend.


5. Welke belanghebbenden en deskundigen heeft GS gehoord voordat zij een toezegging heeft gedaan aan de gemeente Zundert? Kunnen onze fracties van deze verslagen of informatie een afschrift krijgen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee, er zijn geen belanghebbenden en deskundigen door ons gehoord. Het is aan de gemeente om een onderbouwd verzoek in te dienen voor de kaartaanpassing. Er is bovendien geen sprake van een toezegging door ons. Provinciale Staten zijn immers bevoegd om de Verordening ruimte hiervoor aan te passen. De gemeente is zich daarvan bewust.


6. Deelt u onze mening dat wetsovertreders met uw voorstel beloond worden voor hun illegaal gebruik van de recreatiewoning en als bonus een flinke waardevermeerdering van het pand krijgen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. Wij beseffen dat een bestemming waarbij meer wordt toegestaan dan het geldend planologisch regime ‘bestemmingswinst’ met zich mee kan brengen. Bij ontwikkelingen in het buitengebied hebben wij met de gemeenten afspraken gemaakt over de kwaliteitsverbetering die daar dan tegenover behoort te staan. De gemeente heeft aangegeven deze afspraken te volgen en daarvoor een verantwoording op te nemen in het bestemmingsplan. Het verzoek van de gemeente is gericht op wijziging van het gebruik van de aanwezige verblijven en niet op uitbreiding van bebouwing. Wij baseren onze grondhouding niet op het belonen van illegaal gebruik.


7. Kunt u gemotiveerd aangeven wat u de afgelopen tijd, al dan niet in samenwerking met de gemeente Zundert, heeft gedaan om permanente bewoning van recreatiewoningen te staken en gestaakt te houden?

Antwoord: Wij treden niet en kunnen niet in de bevoegdheid treden van de gemeente tot handhaving. De gemeente heeft overigens diverse handhavingsacties gestart, waarover ook gerechtelijke procedures lopen. De jarenlange inspanningen met betrekking tot handhaving op het park heeft niet geleid tot de oplossing van de problematiek. De gemeente heeft zich daarom tot Provinciale Staten gewend.


8. Op welke wijze wordt de ecologische draagkracht van het gebied meegewogen in uw voorstel, wanneer er planologisch een compleet nieuwe woonwijk ontstaat in het buitengebied? Kunt u daartoe rapporten overleggen aan onze fracties waaruit blijkt dat gerekend vanaf de huidige planologische situatie er geen aantasting en verstoring van de ecologische waarden plaatsvindt? Zo nee waarom niet?

Antwoord: Nee, het park ligt buiten de ecologische hoofdstructuur. Bovendien is het verzoek van de gemeente niet gericht op intensivering van bebouwing of een uitbreiding van het recreatiepark, maar gericht op het gebruik van de recreatieverblijven. Ook binnen de recreatieve bestemming kan er permanent, zij het door wisselende groepen, worden gewoond.


9. Recreatiewoningen zijn geen reguliere woningen en voldoen vaak bouwtechnisch (volgens het Bouwbesluit, bijvoorbeeld ventilatie) niet aan de daartoe te stellen eisen. Hoe rijmt u dat met de wens om gezondheid een grotere rol in uw ruimtelijke ordeningsbeleid te laten spelen? Heeft u zich in navolging van het voorgaande op de hoogte gesteld of deze woningen aan het Bouwbesluit voldoen zodat uw besluit niet ledig wordt nu het voldoen aan het Bouwbesluit een wettelijke verplichting is? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Ja. De gemeente heeft in het kader van de legalisatiemogelijkheden (zie antwoord op vraag 2) haalbaarheidsonderzoek gedaan naar deze aspecten en komt tot de conclusie dat een goed woon- en leefklimaat kan worden gewaarborgd.


10. Het afschrijven van recreatieparken heeft op langere termijn grote gevolgen voor de toeristisch recreatieve voorzieningenstructuur in Noord-Brabant. Kunt u aangeven hoe u dit rijmt met uw ambities in de vrijetijdseconomie?

Antwoord: Wij onderkennen dit probleem. Het verzoek van de gemeente is gericht op de mogelijkheid om permanent wonen mogelijk te maken naast recreatief gebruik. Recreatief gebruik van de recreatieverblijven blijft mogelijk.


11. Zoekt u met uw voorstel de weg van de minste weerstand en geeft u daarmee de gemeente Zundert een financieel snoepje, omdat de gemeente minder budget voor handhavers heeft en tegelijkertijd door permanente bewoning van het park meer belastinginkomsten binnen krijgt? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. Wij hebben als uitgangspunt dat de gemeente serieus handhaaft. Dat geldt ook voor permanente bewoning van recreatiewoningen. Gemeente Zundert heeft handhaving uiterst serieus genomen maar vanwege de specifieke en bijzondere omstandigheden op het Parc Patersven leidt handhaving niet tot de oplossing van de problemen op het park. De problematiek is bepaald geen sinecure en kent een lange voorgeschiedenis. Bovendien zal de gemeente de benodigde kwaliteitsverbetering ook moeten handhaven en borgen met de eigenaren. Veel recreatieparken die financieel niet rond kunnen komen voelen de verleiding om permanente bewoning toe te laten waardoor situaties zoals die op Fort Oranje kunnen ontstaan.


12. In hoeverre is er sprake van een precedentwerking voor andere parken, waaronder Fort Oranje dat al in een juridische clinch ligt met de gemeente Zundert en waarvan de gemeenteraad al heeft aangegeven dat permanente bewoning niet wenselijk is?

Antwoord: Geen. De bijzondere omstandigheden op Parc Patersven zijn niet te vergelijken met Fort Oranje. De gemeente is bovendien niet voornemens om hiervoor een kaartaanpassing te vragen aan Provinciale Staten en treedt handhavend op.


13. Deelt u de mening van onze fracties dat u parken als Fort Oranje met bovenstaand voorstel een steun in de rug kunt geven? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. Zie antwoord op vraag 12.


14. Bent u in navolging van het voorgaande van mening dat de wet voor iedereen moet gelden en dat er geen onderscheid tussen recreatieparken onderling moet worden gemaakt ten aanzien van permanente bewoning, wat impliceert dat u onze huidige Verordening ruimte gewoon moet handhaven?

Antwoord: Ja, wij handhaven ook de Verordening ruimte. Permanente bewoning van recreatieverblijven is hiermee in strijd. Het verzoek van de gemeente aan Provinciale Staten heeft evenwel betrekking op een wijziging van de Verordening ruimte. Het is dan gebruikelijk hierover een voorstel te doen aan Provinciale Staten.


15. Bent u bereid om de bezwaren tegen permanente bewoning van vakantieparken kenbaar te maken aan de gemeente Zundert? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee. Wij behandelen het verzoek van de gemeente Zundert en doen daarvoor een voorstel aan Provinciale Staten. De commissie Ecologie en Ruimte kan zich in deze procedure een oordeel vormen over ons voorstel.


Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

Voorzitter, Secretaris

Interessant voor jou

Vragen over de opening van Aeroparc Rijen

Lees verder

Vragen over de informatievoorziening aan burgers betreffende het Logistiek Park Moerdijk (LPM)

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer